zaterdag 22 november 2014

Fotoarchief J. Kooij



Eén van mijn meest levendige herinneringen aan mijn grootvader heeft met fotografie te maken. We waren een jaar of vijf, mijn tweelingbroer en ik, en we mochten op een zondagmiddag met opa mee de doka in. Dat ging net want de doka was eerder een donkere kast dan een donkere kamer. In het oranje licht kregen de handelingen bijna iets magisch. Toen zag ik voor het eerst het fascinerende proces van een foto die schijnbaar uit het niets opkomt in de ontwikkelaar. 

Nadat mijn opa een stuk of acht afdrukjes had gemaakt legde hij die, nog nat, op een stuk filtreerpapier zodat wij ze beneden, waar pa en ma met oma aan de koffie zaten, konden laten zien. Bovenaan de trap moesten onze ogen even wennen aan het felle daglicht. Voorzichtig op de eerste tree, langzaam werden de foto's wat grijzer. Het blad met foto's zo recht mogelijk te houden. Een voet op de tweede tree.  De foto's werden nog wat donkerder. Op de derde tree riepen we tegelijk 'Opa, de foto's worden zwart!'

Opa hield wel van een grapje, hij had de beelden wel ontwikkeld maar niet gefixeerd. Zo leerde ik meteen één van de basisprincipes van de fotografie.



Jan Kooij werd geboren op 22 november 1889 in Gouda, aan boord van het 'kraakschip Wilhelmina'. Gerrit Kooij, zijn vader, was schipper en woonde samen met zijn vrouw, Wilhelmina van Eekeren, op het schip. Ze zouden samen zeven kinderen krijgen van wie de meeste op jonge leeftijd overleden. Alleen mijn opa en zijn oudere broer Hendrik werden volwassen.

Jan groeide op aan boord, kwam na de lagere school als knecht in dienst bij zijn vader en werd daarna zelf schipper. In 1912 reisde hij zijn broer achterna om in Amerika een nieuw bestaan op te bouwen. Aan die Amerikaanse droom kwam al snel een eind toen in juli 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Jan Kooij werd gemobiliseerd en moest terug naar Holland. Daar werd hij kok voor de onderofficieren in het Kamp van Zeist.

Na zijn demobilisatie had hij verschillende baantjes, onder andere bij de Stoomvaart Maatschappij Oceaan en de Holland-Amerika Lijn maar die gaven geen al te grote zekerheid. Het waren moeilijke tijden. In 1923, Jan was inmiddels getrouwd, kreeg hij via zijn zwager een baan aangeboden bij de Lever's Zeep Maatschappij te Vlaardingen. Hij zou daar tot zijn pensionering blijven werken.


Mijn grootvader kocht zijn eerste camera in 1913 in Baltimore, een Kodak Brownie No2, en zou zijn verdere leven enthousiast blijven fotograferen. Niet alleen in de familiekring maar ook op zijn werk en in zijn directe omgeving. Veel foto's zijn bewaard gebleven, dozen vol met negatieven en afdrukken, plakboeken en andere paperassen. Maar veel structuur zit er niet meer in.

Die structuur probeer ik stukje bij beetje weer terug te brengen.